034 In memoriam Johan de Backer

 

Afgelopen week moest ik ineens denken aan Johan de Backer, een reeds ontslapen jeugdvriend van me. Als kinderen speelden we vaak samen tot onze beider levenslijnen uit elkaar liepen en we elkaar uit het oog verloren.

Vorig jaar kwam ik hem bij toeval weer tegen. Hij had een bleek mager gezicht gekregen doorgroefd als de boerenakkers. Het bleek dat hij een latente fobie had voor grafzerken en was daar bij diverse psychiaters voor behandeld, maar geen der zielenknijpers had de oorzaak van zijn angst kunnen achterhalen. Het ironisch toeval was dat ik hem juist op een dodenakker ontmoette. Zittend op een scheefgezakte steen met het gezicht van een uitgemergelde mijnwerker. De reden dat hij daar op die steen zat verklaarde hij als volgt; om met zijn angst om te leren gaan moest hij hem onder ogen zien. Eigenlijk verwachtte ik dat hij elk moment op zou kunnen staan en gillend weg zou rennen, maar dat bleef uit.

Met een vinger wees hij naar de steen. Zou hij dingen zien die ik niet kon zien? Ik hoopte het niet voor hem. Op de steen stond:

"Hier rust Johan de Backer." De rest was onleesbaar. Was dat misschien zijn angst? Om zijn eigen naam tegen te komen op een zerk? Waarschijnlijk was deze steen het gedenkteken van een van zijn voorvaderen, naar wie hij vernoemd was.

Twee weken later zag ik in het streekblaadje de overlijdensadvertentie van Johan de Backer. De begrafenis had een week eerder in besloten kring plaatsgevonden.

Ik liep op het kerkhof op de plek waar ik Johan voor het laatst gezien had. Ik las op de steen die toen beter leesbaar leek dan twee weken eerder en kon mijn ogen nauwelijks geloven. Op de steen stond dezelfde sterfdatum als in de annonce!

 

© Frank Faber 2005